België pioniert met ecocide-wetgeving

Vorig jaar werd al tegen ecocide betoogd in Brussel. ‘Waar België leidt, zal de rest van de wereld volgen’, zegt advocaat Philippe Sands.

Ons land wil achter de grootschalige vernietigers van het milieu aangaan. De rest van de wereld kijkt met argusogen toe.

Door Stijn Cools en Nikolas Vanhecke


Wie moedwillig het milieu ernstige en blijvende schade berokkent, en dat op grote schaal, zou in ons land riskeren om vervolgd te worden op basis van het concept ‘ecocide’. De eerste concrete stappen daartoe zijn nu genomen door de Commissie voor de hervorming van het strafrecht. Die commissie, samengesteld uit juristen, heeft een advies klaar over hoe ecocide als misdaad geïntegreerd kan worden in onze strafwet. Op basis hiervan wordt een wetsontwerp uitgewerkt, belooft minister van Justitie Vincent Van Quickenborne (Open VLD).

Vijftig jaar geleden omschreef de toenmalige Zweedse premier Olof Palme het massale gebruik van napalm (https://www.standaard.be/cnt/dmf20220610_96534435) tijdens de oorlog in Vietnam al als ecocide. Daarna kwam het concept aan bod in dossiers van bijvoorbeeld olielekken, ontbossingen of grensoverschrijdende vervuiling. Telkens was de impact groot, maar volstond de lokale wetgeving niet om de verantwoordelijken afdoende op het matje te roepen.

De laatste jaren is daarom campagne gevoerd om het Internationale Strafhof ecocide te laten vervolgen, naast bijvoorbeeld genocide. In opdracht van Stop Ecocide International heeft een panel experts, onder leiding van de bekende Brits-Franse mensenrechtenadvocaat Philippe Sands, vorig jaar zelfs een juridische definitie opgesteld die het Strafhof zou kunnen hanteren. Tot een invoering (https://www.- standaard.be/cnt/dmf20210625_97562331) is het nog niet gekomen.

‘Een vervuiling kan wereldwijd impact hebben. En dus ook op België’

Babs Verhoeve

Stop Ecocide International

De Commissie voor de hervorming van het strafrecht baseert zich op die definitie om voor ons land wel al een juridisch kader voor te stellen. Van Quickenborne: ‘We willen niet wachten op internationale actie, maar kunnen al een en ander inschrijven in ons intern recht. Wie op grote schaal doelbewust ecosystemen vernietigt en de gezondheid van anderen in gevaar brengt, moet streng gestraft kunnen worden.’

Genocidewet

Volgens Sands, die al talloze zaken pleitte voor het Strafhof (https://www.standaard.be/cnt/dmf20200710_97299833), is ons land met dit initiatief een echte pionier. ‘Waar België leidt, zal de rest van de wereld volgen’, laat hij via e-mail weten. Er is al een tiental landen waar ecocide deel uitmaakt van de nationale wetgeving, zoals Vietnam en Oezbekistan, maar er valt weinig te vinden over succesvolle veroordelingen daar.

Vicepremier Petra De Sutter (Groen) verklaart voorstander te zijn van een extraterritoriale rechtsmacht. Dat betekent concreet dat ook misdaden buiten ons land vervolgd zouden kunnen worden onder de wet in opmaak. Er moet dan wel een link zijn met ons land.

Dat kan nog tot discussies leiden, zoals eerder met de genocidewet in 2003 is gebeurd. Toen kantten de VS zich tegen het principe dat bijvoorbeeld toenmalig president George Bush Jr. zich zou moeten ver-antwoorden voor een Belgische rechtbank. ‘Hoe ver die link met België moet gaan onder ecocide, zal van de interpretatie van de rechter afhangen. Maar een vervuiling kan wereldwijd impact hebben. En dus ook op België’, zegt Babs Verhoeve, als juriste verbonden aan de Belgische afdeling van Stop Ecocide International.

Verhoeve verwacht veel van het ontradende effect van de ecocidewetgeving. ‘Als ceo van een groot bedrijf wil je toch niet aan je kinderen moeten uitleggen waarom je terechtstaat voor ecocide. In dat opzicht werkt de regelgeving vooral preventief: ze dient om beleggingsfondsen in de goede richting te sturen, om beleid op de juiste weg te zetten, om bedrijven op hun verantwoordelijkheden te wijzen.’

Ook docent milieurecht Hendrik Schoukens (UGent) ziet de meerwaarde van ecocide in het Belgisch strafrecht vooral als symbolisch. ‘Behalve als bijvoorbeeld een Belgisch bedrijf zich schuldig zou maken aan massale ontbossingen in bijvoorbeeld Congo. Daarin kan de nieuwe wetgeving eventueel van toepassing zijn.’

Bolsonaro in het vizier

Maar bijvoorbeeld achter de Braziliaanse president Jaïr Bolsonaro aan gaan wegens de ontbossing van het Amazonewoud is geen eenvoudige opdracht, zeg Schoukens. Zo zou Bolsonaro kunnen argumenteren dat hij volgens de nationale rechtsregels van Brazilië niets fout doet als de ontbossing vergund is. Zelfs de internationale milieuverdragen zijn vaak erg vaag geformuleerd en specificeren niet dat het altijd uitgesloten is om bomen te kappen. Daarnaast is hij als zittend staatshoofd immuun.

Bovendien kan hij zich achter de immer evoluerende wetenschap verschuilen: de inzichten omtrent de rol van bossen en moerassen in klimaatverandering evolueren nog. Ook in Vlaanderen vinden er nog legale ontbossingen plaats. Het is daarenboven niet Bolsonaro die kapt, het zijn bedrijven.

Milieudocent Schoukens wijst erop dat milieuvraagstukken zich niet lenen tot een zwart-witbenadering. ‘Het is veel ingewikkelder dan internationaal humanitair recht, met heldere regels die makkelijk door een strafrechter kunnen worden gebruikt als toets.’

Niettemin vindt hij het belangrijk dat België hierin een internationale voortrekkersrol speelt. ‘Dat dwingt ons ook om naar onszelf te kijken. Veel dingen die we doen, dragen bij tot ecocide. In dat opzicht is het cruciaal om ook de bestaande nationale wetgeving goed toe te passen.’

Dit artikel verscheen eerder in De Standaard. Lees hier het live artikel.